In deze les ga je aan de slag met hoe modellen en simulaties gebruikt kunnen worden om inzicht te krijgen in fenomenen in de echte wereld.
Op deze pagina leer je waarom modellen en simulaties worden gebruikt in plaats van experimenten in de echte wereld.
Een model is een digitale representatie van een object (of een systeem van objecten) in de echte wereld. Je kan bijvoorbeeld een model hebben van een vliegtuig of een snelweg.
Een simulatie is een algoritme dat een model gebruikt om te laten zien wat er met het model gebeurt onder verschillende omstandigheden. Als je bijvoorbeeld een model van een vliegtuig hebt kan je simuleren wat er gebeurt als het waait.
Modellen en simulaties zijn digitale representaties van complexe fenomenen in de echte wereld. Ze worden gebruikt om gebeurtenissen te verklaren of voorspellen. Er zijn veel verschillende redenen om een simulatie in plaats van een echt experimenten uit te voeren:
Computermodellen kunnen zelden de hele complexiteit van echte situaties vastleggen. Modellen die wetenschappers gebruiken om te voorspellen wat de gevolgen zijn van klimaatverandering moeten rekening houden met honderden factoren die ook nog elkaar beïnvoeden zoals windpatronen, de loop van rivieren en interacties van de lokale planten en dieren. Het zou onmogelijk zijn om al deze factoren in één model te verwerken.
Onderzoekers gebruiken soms een iteratief ontwerpproces, ze starten met een erg simpel model en verfijnen dit model gebaseerd op hun eigen ervaringen om het model realistischer te maken voor de volgende situatie. Erg gedetailleerde modellen zijn soms te complex voor moderne computers. Onderzoekers moeten daarom soms de complexiteit van hun model limiteren. Complexe modellen en simulaties maken daarom gebruik van simplificaties om de vele details van fenomenen uit de echte wereld te vermijden.